Een Koninkrijk van vergeving.
Als jaarthema voor het komende seizoen hebben we gekozen voor het thema: ‘Uw Koninkrijk kome’, de bekende bede uit het Onze Vader. Ds. Barbara en ik maken materiaal voor kringen over dit thema.
Jezus verkondigt het Koninkrijk. Hij doet dat op een nieuwe manier. Daar zullen we het over hebben. Wat direct duidelijk is: Zijn Koninkrijk is gebaseerd op vergeving.
We lezen aan het begin van het Marcus over een verlamde man die door zijn vrienden door het dak naar beneden wordt getakeld voor de voeten van Jezus. Het eerste wat de Heer zegt is: ‘Mijn kind, uw zonden zijn u vergeven’. Dat is het eerste en het belangrijkste.
In het Oude Testament kom je dat niet zo duidelijk tegen. Daar gaat het over goed zijn voor je naaste en op allerlei manieren wordt geregeld hoe een relatie weer kan worden hersteld. Ook klinkt de waarschuwing om geen wrok te koesteren. Maar vergeven is meestal iets wat God doet en wat van Hem gevraagd wordt. Verzoening met God, dat wordt heel uitgebreid geregeld. Voor de mens geldt vaak: oog om oog, tand om tand.
Maar Jezus verkondigt een Koninkrijk waarin het voortdurend gaat om vergeving. Als Petrus vraagt: ‘Hoe vaak moet ik mijn naaste vergeven?’, antwoordt Jezus: eindeloos vaak. (Mat. 18) Jezus maakt ook heel duidelijk de koppeling tussen vergeven worden, en zelf vergeving ontvangen (zie boven). En Paulus neemt dit over als hij in Ef. 4: 32 schrijft: Wees goed voor elkaar en vol medeleven; vergeef elkaar zoals God u in Christus vergeven heeft.
Als wij dus als gemeente hier op aarde al iets van het Koninkrijk willen weerspiegelen, zullen we herkenbaar moeten zijn aan onze bereidheid de ander te vergeven, altijd. Dat is natuurlijk niet gemakkelijk, zeker omdat we onszelf misschien er wel toe kunnen zetten om te vergeven, maar je kunt jezelf niet dwingen te vergeten. En boosheid of teleurstelling kunnen altijd weer aangewakkerd worden door de herinnering. Zeker als het traumatische gebeurtenissen betreft, die sowieso al nauwelijks (of niet?) te vergeven zijn.
En we stellen ook altijd weer vragen als: Moet de ander niet eerst berouw tonen? Hoe vaak mag de ander dezelfde fout maken? Moet er ook straf of boetedoening zijn? Etc.
We kunnen niet meer geven dan we hebben. Als jij beschadigd en verwond bent, kun je niet altijd vergeven… Maar dat is gebrokenheid die niet bij het Koninkrijk hoort. Jezus spreekt eerst de mensen aan die wel anders kunnen. Op dat vlak kunnen we nog grote stappen zetten in ons persoonlijke leven en als gemeente. En samen kunnen we de kwetsbare, beschadigde mensen in ons mensen troosten en steunen. Misschien, opdat ook zij kunnen vergeven. Als gemeente hebben we kracht. Als gemeente kunnen we bidden. Als gemeente weerspiegelen we dan iets van het Koninkrijk. Samen vergeven we.
En voor Jezus waren het ook geen grote woorden waar Hij zelf niet naar hoefde te luisteren. Hij bad voor hen die hem kruisigden en zei: Vader, vergeef het hen, want zij weten niet wat ze doen.
Hij bidt ook voor ons.
(Lees ook eens NLb 861)
Ds. Jaap van der Windt